foto: Monique Kooijmans
door Youetta Visser – bron: Culemborgse Courant
Het kan snel gaan. In 2010 zag ik met vrienden één van de voorrondes van het Amsterdams Kleinkunstfestival. We waren er al snel uit: Louise Korthals was onze vrouw. Omdat het ergens over ging. Omdat ze prachtige liedjes maakt. Omdat ze vol durft te spelen. Ze won uiteindelijk in 2011 het festival, kreeg een goed impresariaat, maakte een eerste solovoorstelling en won daarmee het Rabo Talenten Concours. De kranten gaven vele sterren aan haar voorstelling. Als klap op de vuurpijl won ze onlangs de Neerlands Hoop, de prestigieuze prijs van Schouwburg- en Concertgebouwdirecties voor Aanstormend Cabarettalent. Helaas speelt ze haar voorstelling nog maar een paar keer. Het goede nieuws is dat ze 17 januari hier in Theater De Fransche School te bewonderen is.
Daar blijft het niet bij. De Fransche School heeft regelmatig cabaret op het programma. Eind januari speelt Jeroen van Merwijk twee avonden in Culemborg. Hij staat juist aan het eind van zijn theatercarrière; bij Pauw&Witteman legde hij uit dat het zijn laatste voorstelling is. In februari kunnen we genieten van wervelwind Kim van Zeben, die onder andere buiksprekend met zichzelf een gesprek voert. In maart is het de beurt aan de absurdistische cabaretgroep Poolvogel (zilver op het AKF 2011) en de vier jonge vrouwen van Los.
Maar eerst het grote talent Louise Korthals. Haar voorstelling heet Vlieguur. Grappig, want dat is wat professionals tegen jonge cabaretiers zeggen: “Je moet vlieguren in het theater maken.” Louise lijkt er al te zijn. Onder regie van Jessica Borst, die eerder onder andere Brigitte Kaandorp en Dolf Jansen begeleidde, kunnen we een voorstelling vol bevlogenheid zien. Korthals neemt ons mee van hilarische vergelijkingen naar ontroerende liedjes en van ontspannen genieten naar idealisme. Als je niet achteraf op tv wilt zien hoe goed haar voorstelling was, kun je maar beter snel reserveren.
17 januari – Louise Korthals – De Fransche School, 20.30 uur.